Het Genootschap
Onze koers
Al sinds 1938 creëert het Genootschap voor de Bakkerij een discussie- en ontmoetingsplatform en beheert een netwerk voor de bakkerijbranche met als doel de continuïteit van deze sector te ondersteunen.
De unieke combinatie van haar leden vormt een dwarsdoorsnede van de gehele bakkerijketen.
Bekijk de geschiedenis van het Genootschap in een uitgebreide tijdlijn vanaf 1938 onderaan deze pagina.
Missie
Het Genootschap voor de Bakkerij wil:
- Alle relevante informatie
- In de Nederlandse keten van
bakkerijproducten - Toegankelijk en bruikbaar maken
Visie
Het Genootschap wil in de Nederlandse keten voor bakkerijproducten de voortrekker zijn door:
- Kennis en informatie te (laten) delen,
- Inspirerende initiatieven te (laten)
nemen en - Mensen en organisaties te verbinden
Rol in de sector
Het Genootschap streeft een onderscheidende rol na door:
- In de sector zichtbaar te zijn als
belangrijke, onafhankelijke speler - Meetbare invloed te hebben in de
vooruitgang in de sector
Vereniging voor bakkerijleraren
In onderstaande tijdlijn wordt de geschiedenis van het Genootschap vanaf de oprichting beschreven.
Scroll helemaal naar beneden om in 1938 te beginnen.
Wunderwelt des Backens
De ledenvergadering in 2009 is eveneens een eye opener voor velen. Er wordt een bezoek gebracht aan Heineken Experience, het nieuwe bier-belevingscentrum in Amsterdam, een combinatie van een toeristische attractie en brand- experience.
Dit bezoek wordt in een bakkerijkader gezet dankzij een lezing door Anton Haubenberger, de Oostenrijkse bedenker, oprichter en eigenaar van het project Wunderwelt des Backens. Logischerwijs komt daarbij de vraag op of een dergelijke project ook voor de bakkerijbranche nuttig en haalbaar zou zijn.
French Culinary Institute
De najaarsbijeenkomst in 2008 raakt bij tal van leden een gevoelige snaar. Het befaamde French Culinary Institute uit New York geeft op uitnodiging van het Genootschap bij Vakschool Wageningen een voordracht over de verschillen en overeenkomsten in de onderwijssystemen in Amerika en Nederland. Het New Yorkse instituut blijkt vooral met passie te werken maar concludeert tevens dat de basistechnieken voor een kok, een broodbakker en een patissier hetzelfde zijn. Het idee ontstaat, dat ‘wij hier ook zoiets moeten hebben.’ Het bestuur onderzoekt verschillende opties om het te laten realiseren. Uiteindelijk wordt het Bakery Institute opgericht door 3 leden van Bakery Society, die tijdens hun bezoek aan New York eveneens zijn geraakt.
Henk-Jan van Maanen
In dit jaar wordt Henk-Jan van Maanen de nieuwe voorzitter van het Genootschap. Deze relatief jonge bakker heeft inmiddels bewezen gedrevenheid aan een nuchtere zakelijkheid te kunnen koppelen waardoor er weer ‘schwung’ in het Genootschap is gekomen. Als een moderne manager weet hij op charismatische wijze de doorstart van het Genootschap vorm en inhoud te geven, waarbij hij zowel ambacht als industrie aan zich weet te binden.
Allianties
Missie en doelstellingen worden andermaal aangescherpt en ook wordt de wens geuit allianties te creëren met instanties als de NVB, NBOV, VB, SBI, GZP, Voedingscentrum, etc. Kortom: organisaties die dezelfde spraakmakende thema’s op de agenda hebben als het Genootschap.
Het STIOS, voortgekomen uit de Commissie Ontwikkelingssamenwerking, ontvangt een donatie ter ere van haar 25-jarig bestaan. Ook neemt het Genootschap actief deel aan een ander project voor ontwikkelingshulp en steunt het Nationaal Schoolontbijt waarmee gelden worden ingezameld voor het Nelson Mandela Kinderfonds.
Bakery Nexus
In 2006 wordt tijdens een heisessie door enkele bestuursleden het ‘Jong Genootschap’ bedacht. Nog datzelfde jaar worden de uitgangspunten bepaald en de eerste groep deelnemers uitgenodigd voor wat Bakery Nexus gaat heten. Deze groep jonge, ambitieuze mensen in de bakkerij heeft zich ten doel gesteld om kennis te delen en nieuwe inzichten te ontwikkelen binnen en buiten de branche.
Bloedgroepen
In 2006 treedt Frans Hazenberg, die voorzitter is vanaf 2002, af ten gunste van Paul van Pelt. Onder diens leiding worden de bijeenkomsten spannender, maar wordt tevens de vraag opgeworpen of het Genootschap besloten moet blijven of moet worden uitgebreid met nieuwe bloedgroepen zoals de retail, de horeca en consumentenorganisaties.
Droombrood
De organisatie telt 78 leden, die zich in de disputen buigen over kernkwaliteiten en valkuilen, uitdagingen versus allergieën. Martin Bootsman, de Hollandse Jamie Oliver, maakt tijdens één van de bijeenkomsten in 2005 Droombrood.
Jubileum en website
In 2004 werd het 65-jarig bestaan met veel elan gevierd in Antwerpen en wordt tevens de website www.genootschapvoordebakkerij.nl gelanceerd.
Jonnie Boer
In 2003 wordt de procedure voor het aannemen van nieuwe leden aangescherpt, wordt men kritischer over de toegevoegde waarde van elk nieuw lid dat bovendien moet beloven een actieve rol te vervullen binnen de disputen. Elk nieuw lid wordt bovendien gekoppeld aan een mentor.
In dat jaar maakt Jonnie Boer zijn opwachting tijdens een presentatie in het Bakkerij Museum en wordt een boeiende excursie gemaakt naar Unifine Döhler in Manage, België.
Politiek
Er komt schot in de zaak en het aantal leden groeit. Nuttig is de ontmoeting van het Genootschap met een aantal Kamerleden in Nieuwspoort, Den Haag. Er blijkt sprake te zijn van een grote afstand tussen branche en politiek: de aanwezige leden van het Genootschap concluderen dat zij meer structureel aanwezig moeten zijn in ‘Den Haag’.
Ook wordt dit jaar het Praktijkcongres Voedselveiligheid georganiseerd. Enkele sprekers zijn:
- Mevrouw Prof. Dr. Ir. I.M.C.M. Rietjens, hoogleraar biochemische toxicologie WUR en lid Gezondheidsraad.
- Mevrouw Dr. L.J. Frewer, Research Professor, Marketing and Consumer Behaviour, WUR
- De heer Ir. J.A. van Kooij, Keuringsdienst van Waren
Bestaansrecht
Als lid dient Pieter van de Spek tijdens de jaarvergadering van 2001 een stuk in waarin hij andermaal het functioneren van het Genootschap aan de orde stelt. Heeft het Genootschap nog bestaansrecht, wil men doorgaan met de nieuwe stijl of moet de organisatie maar ‘gewoon’ opgedoekt worden?
De leden zijn unaniem in hun mening dat het Genootschap wel degelijk bestaansrecht heeft: er zou anders geen platform meer zijn waar de bloedgroepen uit de branche elkaar kunnen ontmoeten. Wel wordt er geopteerd voor meer variatie in het programma en meer betrokkenheid door de leden. De toenmalige leden waren bovendien niet representatief voor de branche en men mist een koers voor de lange termijn.
Show en know how
In 2000 volgt een boeiende lezing door Jacques van der Vall in zijn functie als voorzitter van de NBOV. Hij toont aan dat binnen 10 tot 15 jaar het aantal bakkers afneemt tot 1.500. Oorzaken zijn volgens hem de kosten door dure en moderne technologie en de hogere verwachtingen van de markt waardoor een redelijk rendement alleen mogelijk zou zijn door hogere omzetten.
De traditionele bakkers komen daardoor in moeilijkheden, maar Van de Vall ziet wel mogelijkheden voor de franchiser en de samenwerkende bakker. Ook pleit hij voor meer show in de presentatie en meer knowhow op het gebied van bijvoorbeeld financiën.
Thuishaven
Bas wordt op zijn beurt in 1999 vervangen door Wim Schonk. Schonk spreekt bij zijn ‘inauguratie’ de wens uit dat het Genootschap mag uitgroeien tot een interessant platform met meetbare en herkenbare resultaten, kwalitatieve uitbreiding van het aantal leden, een Genootschap dat een warme thuishaven zal vinden in het Bakkerij Museum in Hattem.
Ook spreekt Schonk de wens uit dat voortaan –waar mogelijk– de uitkomst van de disputen naar buiten wordt gebracht. De disputen van 1999 hebben het imago van de bakkerij als thema.
Teleurgesteld
Een jaar na de doorstart wordt er geëvalueerd: het geheel voldoet nog niet aan de hooggespannen verwachtingen. Veel leden zijn teleurgesteld over de voortgang en het geringe effect van de wijzigingen.
‘Het Genootschap zwalkt en wijkt van de lijn af’ is de veelgehoorde conclusie. De geplande jaarlijkse wisseling van het kernbestuur zou te snel zijn, er is sprake van te weinig interne communicatie en een gebrek aan een professioneel secretariaat. In die jaren volgt Bas van Helden Pieter van de Spek op als voorzitter.
Jeugdvakwedstrijden en Bakkerijhistorie
De Commissie Jeugdvakwedstrijden en Bakkerijhistorie worden afgekocht zodat zij geen verplichtingen en banden meer hebben met het Genootschap en ook de overige commissies houden op te bestaan. Het Genootschap moet voortaan fungeren als een netwerkgroep met als voornaamste doel het bevorderen van de communicatie binnen de branche door het bespreken van actuele onderwerpen.
Voortaan bestaat het Genootschap uit slechts twee delen: het ene deel omvat vijf disputen, het andere deel wordt gevormd door de Senioren Adviesgroep. De disputen worden samengesteld uit groot- en kleinbedrijf, toeleveranciers en de algemene sector. Het oude bestuur trekt zich terug en er komt een interim bestuur.
Genootschap 'nieuwe stijl'
In 1997 lukt het eindelijk om de neerwaartse spiraal te keren. Dat begint met een inspirerend verhaal door Bas van Helden tijdens het dispuut op de Nieuwjaarsinstuif over de vraag hoe om te gaan met de 24-uurs-economie.
Pieter van de Spek volgde in 1995 Renze Pott op. Onder zijn invloed maakt het Genootschap in 1997 de lang verwachte doorstart en ontstaat het Genootschap ‘nieuwe stijl’.
De Commissie Onderzoek en Ontwikkeling is als altijd actief met het organiseren van kwalitatief hoogwaardige excursies. De Senioren Adviesgroep is eveneens van goede wil en wil een happening organiseren over het Montignacdieet versus het broodwisseldieet. Steeds weer lopen plannen en intenties echter stuk op het tekort aan actieve leden.
De ledenvergaderingen staan voortdurend in het teken van slechts één thema: de bezinning op de toekomst van het Genootschap.
Themadag 'Vermindering nachturen'
De Commissie Bedrijfsvoorlichting houdt een themadag over de vermindering van de nachturen in de bakkerij en het verbeteren van het imago van het vak.
Studiedag 'Kwaliteit'
De Commissie Industrie maakt zich sterk voor een tweedaagse studiedag over het onderwerp ‘Kwaliteit’.
Commissie Broodgebruik
De Commissie Broodgebruik viert in 1993 haar 12½-jarig bestaan met een bezoek aan Parijs.
Boek 'De krentewegge'
De Commissie Bakkerijhistorie weet in deze jaren ook van wanten en presenteert in 1992 – mede in het kader van haar 25-jarig bestaan – het boek ‘De krentewegge – een bijzonder brood bij geboorten’. Ook dit boek komt tot stand met steun van het Meertensinstituut.
Jeugdvakwedstrijden
Met andere Commissies gaat het echter aanzienlijk beter. De Commissie Jeugdvakwedstrijden staat door de jaren heen als een rots in de branding en is daarmee een toonbeeld van betrouwbaarheid, activiteit en continuïteit.
Problemen
Begin jaren ’90 wordt een nieuwe Denktank opgericht alsmede een Commissie Werving en Selectie in een poging om de problemen het hoofd te bieden. De Commissie Broodgebruik bezint zich op haar toekomst: haar rol binnen de Stichting Voorlichting Brood geeft geen bevrediging meer. Er ontstaan plannen om een nieuwe commissie op te richten voor banket en/of bakkerijsnacks.
Passief luisteren
Jaren van strubbelingen volgen en een gevecht voor het voortbestaan van het Genootschap. Slechts de helft van het aantal leden is aanwezig op jaarvergaderingen. Daar bestaat hun aandeel vaak alleen uit passief luisteren, van een actieve rol binnen het Genootschap is niet of nauwelijks meer sprake.
Ook wordt geconcludeerd dat het Genootschap niet snel genoeg kan inspelen op actualiteiten.
Renesse
Het bestuur en de leden zien nog steeds het belang in van het ontwikkelen van een visie op de toekomst van het Genootschap. Dit vertaalt zich vooralsnog in een overkoepelend thema voor het 50-jarig bestaan in 1989: GMP oftewel Good Manufacturing Practice en het onderwerp Productaansprakelijkheid. Ook het logo geeft uiting aan de toekomstgerichte visie: een uiltje als symbool voor wijsheid, een wikkelkind als symbool voor hetgeen in het verschiet ligt. De viering van een halve eeuw vereniging / Genootschap vindt plaats in het Zeeuwse Renesse met onder meer een bezoek aan Neeltje Jans.
Beschuit, een tere juffer
Ook de Commissie Broodhistorie is actief met de uitgave van een boekje over de bakkerij van de Hernhutters in 1989 (Titel: Met bijzondere toewijding gebakken) en ‘Beschuit, een tere juffer’ in 1989. Deze laatste publicatie komt tot stand met financiële steun van Verbisko (voorloper van VBZ). Ook worden plannen ontwikkeld om gegevens te verzamelen over het brood van medelanders en de reconstructie van een aantal broodsoorten met als thema ‘Brood vroeger en nu’.
Ontbijt voor de minister
De Commissie Broodgebruik werkt al die jaren nauw samen met de Stichting Voorlichting Brood; zo wordt in het kader van de Dag van het Brood een ontbijt geserveerd voor minister De Koning. Ook ontwikkelt de Commissie op verzoek zoete en hartige ontbijtbroodjes voor de Week van het Brood in 1987.
Margrietbroden
Het succesvolle Kenia-project wordt na drie jaar in 1987/1988 nog eens met twee jaren verlengd tot 31 augustus 1990. Er worden dan gemiddeld 7.500 pondsbroden per week gebakken. In 1988 volgen elf Keniaanse bakkers in spé de opleiding, in 1989 zijn dat er twaalf. Het programma wordt overigens uitgevoerd in samenwerking met de Deense en Belgische overheden. Ook wordt een actie gehouden samen met het tijdschrift Margriet; de opbrengst van de verkoop van 200.000 ‘Margrietbroden’ gaat rechtstreeks naar het Keniaproject.
Denktank
In 1987 telt de ‘club’ 124 leden, waaruit het belang blijkt van het Genootschap. Men is zich er echter terdege van bewust dat nieuwe tijden en de voortdurende ontwikkelingen binnen de branche vragen om een nieuwe invalshoek en nieuwe activiteiten.
Er wordt een Denktank opgericht om dit in een beleidsmatig voorstel te gieten. De materie blijkt echter zo complex dat men de opdracht in 1988 terug geeft aan het bestuur. Het bestuur en de leden zien echter nog steeds het belang in van het ontwikkelen van een visie op de toekomst van het Genootschap.
Nieuwe visie
Tal van rapporten van de diverse Commissies zien het daglicht: uit het veranderend jargon blijkt de nieuwe visie op zaken als management en imago. De Commissie Jeugdvakwedstrijden mag in 1986 haar 25-jarig bestaan vieren, terwijl de Commissie Bedrijfsvoorlichting in 1987 maar liefst 91 deelnemers weet op te trommelen voor een studiedag over automatisering.
Margrietbroden voor Kenia
Markant in deze jaren is het werk van de Commissie Ontwikkelingssamenwerking in samenwerking met de STIOS. Dit project omhelst de opzet van een vakopleiding en een productiebakkerij in Kenia waar Jan Bosch fungeert als coördinator.
Feest op Vlieland
Voor de viering van het 40-jarig bestaan in 1979 op Vlieland wordt groots uitgepakt: het wordt een daverend, meerdaags feest waarover nog lange tijd wordt nagesproken. De leden werpen flessen uit in zee als symbool voor het zoeken naar onderlinge contacten en bolussen gaan de lucht in aan ballonnen.
Stichting Voorlichting Brood
Ten Berge geeft op zijn beurt de staffel over aan Joop Bartelsman die zich tot 1983 een bekwaam en markant voorzitter zal tonen. Tijdens zijn ‘bewind’ wordt voor het eerst de Dag van het Brood georganiseerd. Dit heeft mede de oprichting van de Stichting Voorlichting Brood en de toetreding van de eerste vrouw aan het genootschap als gevolg. Greetje Douma wordt directeur van de stichting.
Afscheid Willem Barendsen en Antoon Spil
De viering van het 35-jarig bestaan in 1974 is gedenkwaardig. Twee ‘kanjers’, om in de woorden van Erica Terpstra te spreken, verdwijnen van het toneel. Er wordt afscheid genomen van Willem Barendsen die van 1956 tot 1974 voorzitter was, en van Antoon Spil, penningmeester van 1939 tot 1974. Barendsen wordt opgevolgd door J.H. ten Berge die slechts twee jaar aanblijft.
Jeugdvakwedstrijden
De Commissie Jeugdvakwedstrijden kent ondertussen haar eigen beslommeringen. Men raakt zich ervan bewust dat veranderingen binnen het vakonderwijs ook een andere opzet van de Commissie met zich mee zou moeten brengen.
Roggebrood
De Commissie Bakkerijhistorie lanceert een grootschalige, landelijke enquête naar roggebrood samen met het Meertensinstituut. Ook het Nederlands Openluchtmuseum draagt haar steentje hieraan bij. Het energie en tijd vergende onderwerp ontlokt één van de leden van de Commissie de verzuchting; ‘Ik dacht iets van het bakken van roggebrood af te weten, maar ben nu wel tot andere gedachten gekomen’.
Studiedag
De samenwerking met andere spelers binnen de branche krijgt meer en meer vorm. Op initiatief van het Instituut voor Graan, Meel en Brood en de Bond van oud-leerlingen wordt in 1973 samen met het Genootschap een studiedag georganiseerd. Het Genootschap telt in dat jaar 90 leden.
Meerjarenplan
In 1972 lanceert Willem Barendsen zijn idee voor een meerjarenplan, getiteld ‘Brood en Spelen’.
Commissie Broodmuseum
De Commissie Broodmuseum verandert in de jaren 60 haar naam in de Commissie voor Geschiedkundig Onderzoek betreffende de Broodbakkerij, kortweg CGOB. In 1972 wordt deze lange naam wederom gewijzigd in eenvoudigweg de Commissie Broodhistorie.
Commissie Broodgebruik
In 1971 komt voor het eerst de Commissie Broodgebruik bijeen. Zij stellen zich ten doel om voor een studiedag drie speciale koffietafels te ontwikkelen onder het motto ‘Perspectief 1980’.
Tienmaal brood rondom het IJsselmeer
Dit decennium staat bol van de vieringen van de jubilea: deze worden volop aangegrepen om de onderling band tussen de leden te versterken en daarmee de cohesie binnen het Genootschap. Zo wordt het 30-jarig bestaan in 1969 gevierd in Elburg waar de leden ontvangen worden op het stadhuis. Directe aanleiding hiervoor is de presentatie van het boekje ‘Tienmaal brood rondom het IJsselmeer’ van de Commissie Broodhistorie.
Voedingscentrum of Bakkerij Museum
Het ledenaantal neemt overigens inmiddels gestaag toe. In 1967 telt het Genootschap 89 leden. Willems plan om een Voedingscommunicatiecentrum op te zetten in Wageningen als thuisbasis voor het Genootschap verdwijnt echter in de la. In verkleinde vorm weet hij dit later echter alsnog te realiseren door de oprichting van ‘Het Warme Land Creatief Centrum voor de Bakkerij’ in Hattem, nu beter bekend als het Nederlands Bakkerij Museum.
Jeugdvakwedstrijden
De Commissie Jeugdvakwedstrijden ziet in 1967 een recordaantal deelnemers, maar het lukt het bestuur maar niet om een Commissie Onderwijs/Bedrijfsleven van de grond te krijgen.
Verdwenen broodsoorten
Medio jaren 1960 slaat de Commissie de handen ineen met het P.J. Meertensinstituut. Gezamenlijk wordt een onderzoek opgestart naar oude, verdwenen broodsoorten. Saillant detail: hierbij wordt nauw samengewerkt met J.J. Voskuil, de vermaarde auteur van bijvoorbeeld Het Bureau.
Qui-vive
Langzaam maar zeker dijt het aantal activiteiten uit. In 1966 wonen de leden bijvoorbeeld een demonstratie deegbereiding bij volgens het AFLOW- proces. Dit vindt plaats met medewerking van het Instituut voor Graan, Meel en Brood in Wageningen. De Commissie Ondernemerswedstrijden organiseert een wedstrijd voor jonge bakkers van het Station voor Maalderij en Bakkerij onder het motto ‘Qui-vive’ terwijl de Commissie Bedrijfsstudie een geslaagde dag over verkoopbevordering houdt.
Commissies
Willem zorgt ook voor de oprichting van diverse Commissies die de totale bakkerijsector naar een hoger plan tillen door hun deelonderzoeken. In de loop der jaren wordt een breed scala aan Commissies opgezet, elk met zijn eigen doelstellingen, voorzitter en werkgroep:
- Commissie Bakkerijhistorie
- Commissie Jeugdvakwedstrijden
- Commissie Industrie
- Commissie Broodgebruik
- Commissie Ontwikkelingssamenwerking
- Federatieve Commissie
- Commissie Bedrijfsvoorlichting
- Commissie Ontwikkeling en Ontspanning
- Commissie Jubileum
Genootschap voor de Bakkerij
Op 1 januari 1965 wordt de naam officieel veranderd in het Genootschap voor de Bakkerij en wordt op de eerstvolgende vergadering meteen de contributie verhoogd van 16 naar 25 gulden. Willem Barendsen over de ingrijpende veranderingen: “De Vereniging zat op een dood spoor. Door de opkomst van het nijverheidsonderwijs en andere organisaties voor leraren, was een doublure ontstaan. Er moest vers bloed binnen de Vereniging komen, er moest gewerkt worden op een bredere schaal en naar mijn mening moest er meer interactie komen met de branche. Door de inbreng van bijvoorbeeld leden uit de grondstoffensector verdween de starheid uit onze oude opzet.”
Snelle ontwikkelingen
Op 29 februari 1964 komen de bakkerijleraren voor het laatst bijeen om hun 25-jarig bestaan te vieren. In het archief vinden we tal van felicitaties in de vorm van telegrammen die bewijzen dat de Vereniging een nuttige en gewaardeerde rol binnen de branche speelde. Op initiatief en tijdens het voorzitterschap van Barendsen wordt de Vereniging van Bakkerijleraren omgebouwd naar het Genootschap voor de Bakkerij. Binnen de Vereniging is namelijk de behoefte om ook met niet-bakkerijleraren van gedachten te wisselen over de snelle ontwikkelingen binnen de bakkerijbranche.
Barendsen
Op zaterdag 5 november 1955 – leraren vergaderen alleen op zaterdag – wordt een nieuwe voorzitter gekozen als opvolger van de heren Agtmaal en R. Postuma. Gerrit Willem Barendsen treedt in de voetsporen van zijn vader, A.W. Barendsen, en gaat de Vereniging als jonge eigenaar van enkele vakscholen, later werkzaam bij Unilever, voor met gedrevenheid en creativiteit.
Psychologisch adviseur
Eind jaren veertig houdt de Vereniging er zelfs een psychologisch adviseur op na in de persoon van de heer Kuitert. Hij fungeert als vraagbaak voor leraren die kampen met problemen van pedagogische aard. Ook komt er een vakbibliotheek waaruit de leden op aanvraag kunnen putten.
Mededelingenblad ‘Bakkerijwetenschappen’
Vanwege de zware oorlogsomstandigheden treedt de Vereniging vervolgens weinig naar buiten. Na de oorlog wordt echter ook de Vereniging gegrepen door de wil tot opbouw.Er komt in 1948 een mededelingenblad met als titel ‘Bakkerijwetenschappen’ voor het versterken van het onderling contact.
Oorlog
In 1940 legt het bestuur haar functie neer met uitzondering van penningmeester Spil. Hij zal tot 1974 aanblijven, waarover later meer. Een nieuw bestuur met nieuw elan gaat van start onder voorzitterschap van W. den Oudsten. Ondanks de bestuurscrisis blijft het ledenaantal stijgen van 31 leden begin 1940, tot 42 leden eind 1940.
Na een jaar al ‘op sterven na dood’
De Vereniging kent een moeizame start met veel discussies over het te volgen beleid. De notulen spreken van een club die na een jaar al ‘op sterven na dood’ is. Veel wisselingen in het bestuur maken dat de Vereniging niet toekomt aan één van haar voornaamste doelstellingen: het bevorderen en verbeteren van het vakonderwijs. Daarnaast ziet zij als haar belangrijkste taak het behartigen van de belangen van de erkende leraren. Volgens Antoon Spil is er een totaal gebrek aan lesmateriaal in die jaren. ‘We moeten de leerlingen alles bijbrengen via dictees! Ook geven we demonstraties en lezingen.’ Om de leemte in het lesmateriaal op te vullen schrijft Spil zelf enkele vakboeken, samen met o.a. H. Menkveld, R. van Til en C.H.J. van Kors.
Koninklijk Besluit
Op 31 juli 1939 wordt de oprichting van de Vereniging voor Bakkerijleraren bij Koninklijk Besluit goedgekeurd.
Vereniging voor Bakkerijleraren
De ‘mannen’ van het eerste uur zijn A.W. Barendsen (oprichter van de eerste particuliere bakkersvakscholen in Groningen, Zwolle en Almelo), B. Muller (hoofdredacteur van Bakkerswereld), A. Spil (auteur, werkzaam bij Noury en Van de Lande), W. Bakker (leider van een bakkersvakschool in Leeuwarden) en de heren Menkveld en De Boer. Zij richten de Vereniging voor Bakkerijleraren op: de officiële oprichtingsdatum is 14 januari 1939.
Van Maastricht naar Venlo
Als een stel kakelende kalkoenen stapten in 1938 enkele bakkerijleraren van de ene trein in de andere om her en der de vakbekwaamheidseisen van jonge leerlingen af te nemen. De verhitte discussies hadden slechts één thema: de stormachtige ontwikkelingen dat jaar binnen het bakkersvakonderwijs. Zo ontstond op het traject Maastricht – Venlo het plan om een belangenvereniging voor bakkerijleraren op te richten, de voorloper van het Genootschap voor de Bakkerij.